de campercrew

de campercrew

Roadtrip langs de hoogste wegen van Zweden, Flatruet vs Stekenjokk.

Dat wij ons hart verloren in Zweden is geen geheim. Enkele jaren geleden (in 2015 om precies te zijn) doken we al eens de Zweedse wildernis in. Samen met onze vrienden Geert, Vicky, Zoen en Zeppos trokken we met twee campers naar de hoogste routes van dit uitgestrekte land: de Flatruet (de hoogste weg van Zweden) en de Vildmarksvägen (de hoogste geasfalteerde weg).

De Zweedse panoramische Wildernisroute – ook bekend als Vildmarksvägen in het Zweeds – is de hoogste geasfalteerde weg van het land, die je op zijn hoogste punt tot 867 meter boven zeeniveau brengt. De 500 kilometer lange circulaire route loopt van Strömsund in Noord-Jämtland via Gäddede naar Vilhelmina in Zuid-Lapland, en komt dan samen met de E45 door Dorotea. Het meest iconische gedeelte van de rit doorkruist het Stekenjokk Plateau, een beschermd Sámi-erfgoedlandschap waar rendieren grazen en zeldzame vogelsoorten gedijen. Goed om te weten: Dit gedeelte van de weg is alleen open van 6 juni tot 15 oktober, vanwege de enorme hoeveelheden sneeuw die er in de winter vallen. En sneeuw die lag er zeker op het plateau.

Maar ik loop op de feiten vooruit, want eerst besloten we de hoogste weg te avonturen, die grotendeels uit gravel bestaat: de 947 meter boven zeeniveau liggende Flatruet. Je kan ook wandelen naar de top van het plateau, maar aangezien de jongste telg toen nog maar vijf was en de twee jongens nog niet into wandelen waren, reden we de route met de camper.

De gravelroute is goed berijdbaar en hoewel de landschappen rondom best mooi waren, vond ik het toch niet zo impressionant. Natuurlijk was er de obligate tussenstop op de top, maar we hielden niet lang stand want de strakke, ijzige wind blies ons snel terug richting warm huis op wielen.

Op naar Stekenjokk dan maar. Ook hier was het uiteraard koud, maar toch een stuk minder winderig. De 20 kilometer lange rit is in één woord adembenemend! Een uniek en prachtig landschap, waar de Sámi hun rendieren hoeden en verzorgen zoals ze al duizenden jaren doen. De Sámi-naam voor Stekenjokk is dan ook ‘Stihken’, wat “de plaats waar de rendieren wonen” betekent. Hoewel het juli is, ligt hier hier nog steeds sneeuw. Onze jongens zijn door het dolle heen wanneer ze de witte vlakken spotten. Ze springen met hun crocs (ja om te kamperen is dat toegestaan, zelfs als kinderen van een stylist) de camper uit en beginnen enthousiast sneeuwballen te gooien. Een kwartiertje later zijn hun vingers en tenen blauw van de kou. Toch maar snel die wandelschoenen aantrekken! We maken een prachtige wandeling en spotten kuddes rendieren. Mensen zien we echter niet. Als de avond valt, vinden we zelfs een prachtige plek om te overnachten. We zijn hier helemaal alleen, de muggen niet meegetelt.

Voor ons is het dus niet moeilijk kiezen welk plateau de prijs van het mooiste stukje Zweden wint!

Naast overnachten op het plateau is ook deze camping een aanrader op de wildernisroute:

Kolgårdens Stugby & Camping: zalige camping met panoramische sauna en knusse hut om te koken op een kampvuur.

Nog enkele sfeerbeeldjes van de rest van onze trip:

Uiteraard beleefden we sindsdien nog veel meer Scandinavische avonturen, zo was er er een zonovergoten zomer in Zweden en een ijskoude in Noorwegen. Ook in de winter is het daar trouwens prachtig en enorm knus om kerst te vieren.

instagram